Aanbod voor aantal vaste uren na oproepcontract van 1 jaar
Je krijgt als werkgever in de zogeheten dertiende maand (dus een maand na afloop van de twaalf maanden) de tijd om het aanbod schriftelijk voor te leggen aan de oproepkracht. De werknemer heeft minimaal recht op de uren per maand die hij in de afgelopen 12 maanden gemiddeld per maand werkte. Daarna heeft de oproepkracht één maand de tijd om op het aanbod te reageren.
De werknemer mag het aanbod weigeren en oproepkracht blijven. Dit dient de werknemer schriftelijk aan de werkgever door te geven. De werkgever blijft echter verplicht na iedere 12 maanden opnieuw schriftelijk een arbeidsovereenkomst aan te bieden voor minimaal het aantal uren per maand dat de werknemer in de afgelopen 12 maanden daarvoor gemiddeld per maand werkte. Ook dit dient telkens schriftelijk aangeboden en schriftelijk afgewezen te worden.
Op deze pagina kun je een model van het Keuzeformulier vaste arbeidsomvang downloaden.
Als de werkgever geen aanbod doet
Indien je als werkgever niet binnen de gestelde termijn een aanbod doet, heeft de oproepkracht automatisch recht op het loon over de uren die de oproepkracht had gekregen als hij het aanbod wel kreeg. De werknemer heeft recht op dit loon vanaf de dag dat het aanbod uiterlijk had moeten worden gedaan.
De oproepkracht heeft dan dus een zogeheten loonaanspraak. Dit wil zeggen dat de werknemer ook recht heeft op de wettelijke verhoging wegens te late betaling van het loon (Artikel 7:625 van het Burgerlijk Wetboek) en ook recht heeft op loon tijdens ziekte.
Lees hier alles over de Wet arbeidsmarkt in Balans.